Il passato remoto

De passato remoto is ontstaan uit het Latijnse perfectum.
Deze werkwoordstijd wordt gebruikt voor gebeurtenissen die in een minder recent verleden plaatsvonden of psychologisch ver in het verleden liggen.
De passato remoto komt vooral voor in de geschreven taal. In de spreektaal wordt het vrijwel alleen gebruikt in Zuid-Italië.

In delen van Zuid-Italië wordt de passato remoto eveneens gebruikt in plaats van de passato prossimo voor vrij recente gebeurtenissen.
De grens tussen noord en zuid ligt in dit kader ongeveer tussen Rome en Napels.

Bij vertaling naar het Nederlands is de onvoltooid verleden tijd de beste keuze.
Om de Italiaanse taal te kunnen gebruiken is het herkennen van de vormen van de passato remoto in principe voldoende.

Regelmatig werkwoord - il verbo regolare

Vorming: stam + uitgang.

Regelmatig werkwoord
persoon -are -ere -ire
io -ai -ei / -etti -ii
tu -asti -esti -isti
lui / lei -é / -ette
noi -ammo -emmo -immo
voi -aste -este -iste
loro -arono -erono / -ettero -irono




Onregelmatige werkwoorden - i verbi irregolari

Onregelmatige werkwoorden: essere en avere
werkwoord io tu lui / lei noi voi loro
essere fui fosti fu fummo foste furono
avere ebbi avesti ebbe avemmo aveste ebbero

QUIZ: vervoegen van regelmatige werkwoorden + essere en avere

Onregelmatige werkwoorden
werkwoord io tu lui / lei noi voi loro
bere bevvi bevesti bevve bevemmo beveste bevvero
dare diedi desti diede demmo deste diedero
dire dissi dicesti disse dicemmo diceste dissero
fare feci facesti fece facemmo faceste fecero
stare stetti stesti stette stemmo steste stettero
sapere seppi sapesti seppe sapemmo sapeste seppero
volere volli volesti volle volemmo voleste vollero
tenere tenni tenesti tenne tenemmo teneste tennero
venire venni venisti venne venimmo veniste vennero

QUIZ: vervoegen van bovenstaande onregelmatige werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden (vervolg)
werkwoord io tu lui / lei noi voi loro
prendere presi prendesti prese prendemmo prendeste presero
chiedere chiesi chiedesti chiese chiedemmo chiedeste chiesero
vincere vinsi vincesti vinse vincemmo vinceste vinsero
vivere vissi vivesti visse vivemmo viveste vissero
leggere lessi leggesti lesse leggemmo leggeste lessero
tradurre tradussi traducesti tradusse traducemmo traduceste tradussero
scegliere scelsi scegliesti scelse scegliemmo sceglieste scelsero
piacere piacqui piacesti piacque piacemmo piaceste piacquero
conoscere conobbi conoscesti conobbe conoscemmo conosceste conobbero

QUIZ: vervoegen van bovenstaande onregelmatige werkwoorden

Veelvoorkomende patronen (van elk staat hierboven een uitgewerkt voorbeeld):


Andere onregelmatige werkwoorden met eerste persoon enkelvoud:

De volgende ere-werkwoorden zijn regelmatig in de passato remoto: potere, dovere, credere, (pos)sedere, vendere, ricevere, (r)esistere, godere, temere, esigere, (com)battere, premere, gemere, competere, discernere, insistere, pendere, (ac)cedere, persistere, soccombere.

Concernere heeft geen vervoegingen in de passato remoto en voor discernere worden ze zelden gebruikt.